05 oktober 2021

WODC-rapport: ‘Geloof en liefde onder het vergrootglas van de IND’

WODC-rapport: ‘Geloof en liefde onder het vergrootglas van de IND’
Op 1 oktober 2021 ontving de Tweede Kamer het WODC-rapport ‘Geloof en liefde onder het vergrootglas van de IND’, over de wijzigingen in de geloofwaardigheidsbeoordelingen van asielaanvragen met een bekerings- of LHBTI-motief.


Het rapport was al op 18 augustus jl. opgeleverd maar de staatssecretaris heeft het nu pas, tezamen met haar beleidsreactie, aan de Tweede Kamer gestuurd.

Het onderzoek werd op verzoek van het WODC uitgevoerd door het Bureau Boekhoorn Sociaal-wetenschappelijk Onderzoek (BBSO) en de Radboud Universiteit Nijmegen. Onderzocht werd hoe de aanpassingen (in juli 2018) van de werkinstructies voor de beoordeling van asielaanvragen met een LHBTI-motief en voor bekeerlingen zijn verwoord, onderbouwd en uitgevoerd.

Aanleiding voor de aanpassingen was de veelgehoorde kritiek dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) bij de beoordeling van asielaanvragen te veel uitging van stereotype gedachten over het verloop van een bekering, en over de wijze waarop mensen zich bewust worden van hun seksuele gerichtheid. Bij het politieke debat hierover werd op 5 december 2017 in de Tweede Kamer een breed gedragen motie van het lid Groothuizen c.s. aangenomen, waarin de regering werd gevraagd de beoordeling van de geloofwaardigheid van bekeerlingen en de seksuele gerichtheid van asielzoekers te verbeteren.

Uit de evaluatie door BBSO komt nu naar voren dat de aangepaste werkinstructies de hoor- en beslismedewerkers van de IND op zich goede handvaten bieden om stereotypering te voorkomen. Er is een meer open benadering, waardoor er meer ruimte voor de asielzoeker is om zijn persoonlijke “authentieke verhaal” naar voren te brengen. In de werkinstructies is verder ook vastgelegd dat IND-medewerkers verplicht een deskundige bekerings- of LHBTI-coördinator moeten raadplegen.

Op papier worden deze wijzigingen van de werkinstructies zowel binnen als buiten de IND positief gewaardeerd, maar in de praktijk verschilt de invulling van de verplichte raadpleging van medewerker tot medewerker, en komen stereotype overwegingen in de geloofwaardigheidsbeoordeling nog steeds voor. Daarnaast is het voor actoren van buiten de IND (zoals advocaten, maatschappelijke en kerkelijke organisaties) vaak nog steeds onduidelijk of en zo ja hoeveel gewicht er wordt toegekend aan verklaringen van derden.

Recente uitspraken Raad van State
Dit laatste bleek ook wel uit de uitspraken van de Raad van State van 12 mei jl. over bekeerlingen, en van 4 augustus jl. over LHBTI’s. In de uitspraak van 12 mei jl. gaf de Raad van State aan dat de IND bij asielaanvragen van bekeerlingen meer gewicht moet toekennen aan de kennis over het geloof, de activiteiten die betrokkene in het kader van zijn geloof verricht, en de verklaringen van derden. En op  4 augustus jl. heeft de Raad van State uitgesproken dat de IND verklaringen van derden en ook overige bewijzen moet meenemen in de beoordeling van de geloofwaardigheid van de seksuele geaardheid van een asielzoeker. Kortom, de Raad van State vond ook dat verklaringen van derden onvoldoende werden meegewogen.

Beleidsreactie
In haar reactie op het rapport benadrukt de demissionair staatssecretaris o.a. het feit dat Nederland “met de gehanteerde werkwijze voorop lijkt te lopen op het gebied van het loslaten van vooropgestelde modellen of ideeën over hoe het ontdekken van een seksuele of religieuze identiteit verloopt”. De staatssecretaris onderschrijft de “terechte kanttekeningen (…) bij de knelpunten in de uitvoering”. Met oog voor de “complexiteit van deze zaken” zal de IND zich de komende periode “verder inzetten om de deskundigheidsbevordering onder de medewerkers te vergroten (en) de wijze waarop de verklaringen van derden worden gewogen in de besluitvorming inzichtelijker te maken”.


Meer informatie:
Het rapport 'Geloof en liefde onder het vergrootglas van de IND' d.d. 18 augustus 2021 is te downloaden (92 pag's, 923 kB) vanaf deze pagina van de website van het WODC; op de pagina's 5 t/m 10 van het rapport staat een samenvatting.
Dit is de beleidsreactie van de demissionair staatssecretaris van Justitie & Veiligheid d.d. 1 oktober 2021 (download pdf-bestand, 5 pag's)
De motie Groothuizen c.s. met nummer 34775-VI-67 ingediend 30 november 2017, aangenomen met 130 stemmen voor op 5 december 2017. 

Over de bovengenoemde recente uitspraken van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State over bekeerlingen en LHBTI's schreven we eerder op deze website:
14-05-21  Raad van State stelt hogere eisen aan IND bij beoordeling bekeringszaken
10-08-21  Raad van State: verklaringen van derden beter betrekken bij LHBTI-zaken

Lees ook:
07-06-21  Raad van State: sociale aspect van kerkbezoek ook van belang in bekeringszaken
11-05-21  Stichting Gave: 'Ongelofelijk - asielonrecht voor bekeerlingen'

Dossier Bekeringen in het Expertisecentrum