10 augustus 2021

Raad van State: verklaringen van derden beter betrekken bij LHBTI-zaken

Raad van State: verklaringen van derden beter betrekken bij LHBTI-zaken
De Raad van State heeft op 4 augustus jl. uitgesproken dat de IND verklaringen van derden en overige bewijzen mee moet nemen bij de beoordeling van de geloofwaardigheid van de homoseksualiteit van een asielzoeker.


Ook als de asielzoeker naar het oordeel van de IND zijn homoseksualiteit met eigen verklaringen onvoldoende aannemelijk heeft kunnen maken, dient de IND wel naar de overige bewijzen en verklaringen te kijken, en kan zij deze niet zonder nadere motivering terzijde leggen.

In deze zaak ging het om een Nigeriaanse asielzoeker die volgens de IND onvoldoende kon verklaren over diens homoseksualiteit en zijn bewustwording daarvan. Betrokkene overlegde echter o.a. tevens verklaringen van zijn ex-partner, een verklaring van de belangenorganisatie LGBT Asylum Support, een verklaring van zijn bezoeken aan bijeenkomsten van het COC, en bewijzen van het feit dat hij regelmatig een locatie bezocht die specifiek bestemd is voor homoseksuelen.

De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State ('de Afdeling') vindt dat de IND (in de uitspraak: 'de staatssecretaris') niet zomaar aan al deze bewijzen voorbij kan gaan, maar deze mee dient te nemen in het kader van de integrale geloofwaardigheidsbeoordeling van de asielaanvraag: 
Anders dan de rechtbank is de Afdeling daarom van oordeel dat de staatssecretaris niet deugdelijk heeft gemotiveerd hoe hij de overgelegde stukken afzonderlijk, tezamen en in het licht van de overige verklaringen en tegenwerpingen heeft gewaardeerd en waarom de vreemdeling daarmee zijn gestelde seksuele gerichtheid niet alsnog aannemelijk heeft gemaakt. De staatssecretaris moet zijn besluit op dit punt dan ook, eventueel na nader onderzoek en een aanvullend gehoor, beter motiveren.”  (overweging 3.6.4)  

Deze uitspraak sluit daarmee aan bij de eerdere uitspraak van de Raad van State (gedaan op 12 mei 2021) over het te beperkte beoordelingskader voor bekeerlingen. Ook in zaken van bekeerlingen geldt nu dat de IND ook naar de overige bewijzen en verklaringen dient te kijken, als de eigen verklaringen over de bekering volgens de IND ontoereikend zijn. Vooral van asielzoekers die verbaal minder goed onderlegd zijn, geloofde de IND zelden dat zij bekeerd waren. Dit gold ook voor verbaal minder goed onderlegde LHBT-asielzoekers.

 

Meer informatie:
De volledige uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State van 4 augustus 2021 in zaaknummer 202102077/1/V2 (pdf-bestand, 6 pag’s)

Over de uitspraak van de Raad van State van 12 mei jl. over het te beperkte beoordelingskader voor bekeerlingen schreven we op 14 mei 2021 dit bericht:
Raad van State stelt hogere eisen aan IND bij beoordeling bekeringszaken

Lees ook:
19-07-18  Nieuw beoordelingskader bekering en seksuele geaardheid
28-12-18  Raad van State stelt IND in ongelijk in zaken bekeerlingen en LHBT-ers
12-07-19  COC:  nieuw asielbeleid voor LHBTI's gebrekkig uitgevoerd