Moria - onder de grens

Lieve vrienden en vriendinnen,
De ellende van de mensen uit het afgebrande Moria heeft velen van ons geraakt.
Je dacht niet dat het erger kon dan dat kamp, maar het kon. Dertienduizend mensen op de vlucht voor de vlammen, zelfs geen provisorisch zeiltje meer als dak boven hun hoofd. Mannen en vrouwen. Moeders met kinderen. Kinderen zonder ouders. Vrouwen met pasgeboren baby’s lagen langs de kant van de weg. In Europa, ja in Europa, in 2020. Je zou het niet voor mogelijk houden.
We zijn in Europa, en in Nederland, onder de grens beland. Onder de grens van het aanvaardbare, van humanitaire waarden en normen, van naastenliefde. We zien mensen verdrinken in ellende, maar weigeren een reddingsboei uit te gooien. Want stel je voor dat ze bij ons aan wal komen.
Terwijl ik deze brief schrijf, ontvang ik bericht dat een jonge, zwangere vrouw zich in het nieuwe kamp van het leven heeft beroofd. Welk een wanhoop moet zij hebben gevoeld om tot die daad te zijn gekomen... Afgrijselijk. Het beneemt me de adem.
Lieve vrienden en vriendinnen, het is niet dat we niet al veel ellende gezien hebben in de wereld. Dat is niet wat mij, en velen van jullie, nu zo treft. Het is dat dit iets is dat wij als Europa, als Nederland, actief mede hebben veroorzaakt. Dat is wat ons schokt.
Wij zijn er mede verantwoordelijk voor dat deze mensen daar zitten en onder welke omstandigheden ze daar zitten. Wij zijn er medeverantwoordelijk voor dat de honderden alleenstaande kinderen in dat kamp moeten zien te overleven, alleen beloften krijgen - geen bescherming, geen vooruitzicht op een betere tijd.
In de TussenVoorziening in Eelde, waar INLIA statushouders voorbereidt op hun leven in Nederland, is het overbrengen van Nederlandse normen en waarden een belangrijk onderdeel van het programma. Wat moeten wij hen hierover vertellen? Wat moeten wij hen meegeven over de humanitaire waarden en normen die Nederland hanteert? Welke moraliteit resteert ons?
Wat mij een sprankje hoop geeft, is het optreden van de Duitse bondskanselier Angela Merkel. Zij sprak van een menselijke tragedie en zei: “De toestand daar is ons onwaardig.” Deze woorden zijn mij uit het hart gegrepen. Merkel stáát voor haar beginselen, gelukkig, en voegt daad bij het woord: Duitsland neemt ruim 1550 extra vluchtelingen op (honderden kinderen en hun gezinnen).
Een week eerder had Duitsland al laten weten dat 150 alleenstaande kinderen welkom waren. Zelfs de Beierse premier Söder (die zich eerder kantte tegen Merkels ‘wir schaffen das’), zegt nu dat het een christelijke plicht is te helpen.
In Nederland gingen mensen de straat op om te betogen voor de opname van vluchtelingen uit Moria. Onder andere in Utrecht, Nijmegen, Amsterdam en Groningen.
Veel van die demonstraties haken aan bij 500kinderen.nl: de petitie waarin kerken, hulporganisaties, gemeenten, politieke partijen, prominenten en ‘gewone’ burgers al sinds begin juni het kabinet oproepen om 500 alleenstaande vluchtelingkinderen uit Griekse kampen op te nemen. Heeft u het nog niet gedaan, dan roep ik u bij deze op om de petitie alsnog te ondertekenen.
Laat deze kinderen niet zitten, maar maak u er met ons hard voor om hen te ondersteunen en een toekomst te bieden.
Ook al van vóór de brand, stamt de oproep van bijna 900 voorgangers aan parlementariërs van CDA en CU om zich in te zetten voor de vluchtelingkinderen. Het heeft er tot nu toe niet toe mogen leiden dat de Nederlandse regering het voorbeeld van Merkel volgt.
Maar ik wil de moed niet opgeven. Het is onze plicht als christen om mensen in nood te helpen, om te blijven aandringen op een menswaardig bestaan voor alle mensen, ons blijvend ervoor sterk te maken dat we de vreemdeling in onze poorten een dak boven zijn hoofd, compassie en zuurstof bieden. Of die poorten nu in Griekenland staan, of hier.
Pas goed op uzelf en uw dierbaren in deze tijd, pas op ons moreel besef en laten we blijven omzien naar degenen in nood.
Warme groet,
John W.R. van Tilborg
Directeur INLIA