25 februari 2015

Rechtbank Utrecht: geen zicht op uitzetting naar Somalië

Rechtbank Utrecht: geen zicht op uitzetting naar Somalië
Staatssecretaris beraadt zich op beleidsconsequenties nieuw ambtsbericht. De Rechtbank Utrecht heeft op 28 januari jl. uitgesproken dat er “geen redelijk vooruitzicht op verwijdering” naar Somalië bestaat omdat de Somalische autoriteiten in het algemeen medewerking weigeren aan gedwongen terugkeer. Vreemdelingenbewaring is daarom onrechtmatig verklaard.

Deze uitspraak staat diametraal tegenover het oordeel van de Raad van State van 3 februari 2015, die het in hoger beroep nog eens was met de Rechtbank Roermond, die op 31 december 2014 had geoordeeld dat er wèl zicht op uitzetting was op basis van “de tot recent in de praktijk door de Somalische autoriteiten getoonde bereidheid om gedwongen verwijdering te accepteren”.

De Rechtbank Utrecht behandelde op 27 januari 2015 een bewaringszaak van een Somalische asielzoeker van wie de op 21 december 2014 geplande uitzetting was geannuleerd “omdat de bevoegde immigratieautoriteiten niet langer toestemming verlenen aan gedwongen terugkeer”. Tijdens de zitting verklaarde de vertegenwoordiger van de staatssecretaris (‘verweerder’) dat was “besloten de uitzettingshandelingen en het plannen van vluchten tijdelijk op te schorten in afwachting van een bespreking met de Somalische autoriteiten”. Maar verweerder kon de rechtbank niet verklaren waarom een in januari gepland gesprek met de Somalische autoriteiten niet was doorgegaan, noch wanneer en op welke termijn een nieuwe datum voor zo’n overleg kon worden verwacht. 

Omdat verweerder ook al had verklaard “dat de Somalische autoriteiten in het algemeen medewerking weigeren aan gedwongen terugkeer” vond de rechtbank dat “thans niet kan worden gezegd dat een redelijk vooruitzicht op verwijdering bestaat”. Daarom is de vreemdelingenbewaring vanaf 27 januari 2015 onrechtmatig verklaard en schadevergoeding voor onrechtmatige bewaring toegekend.

 
Beleidsconsequenties nieuw ambtsbericht

Op 18 december 2014 bracht het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken een nieuw algemeen ambtsbericht Somalië uit, waarin eerder bekende informatie over de veiligheidssituatie nog verder is aangescherpt. Staatssecretaris Teeven beraadt zich inmiddels al twee maanden op de "mogelijke beleidsconsequenties” die hij aan dit ambtsbericht wil verbinden. Om die reden heeft de Rechtbank Haarlem in een Somalische zaak op 19 februari 2015 de gevraagde voorlopige voorziening toegewezen.
De Rechtbank Rotterdam verbood op 13 januari 2015 al een uitzetting omdat betrokkene bij terugkeer naar Mogadishu het risico loopt om het slachtoffer te worden van ernstige mensenrechtenschendingen. Dat oordeel was gebaseerd op de informatie uit het nieuwe ambtsbericht.

 
 
Meer informatie:
De uitspraak van de Rechtbank Utrecht van 28 januari 2015 (zaaknr AWB 15/752)
De uitspraak van de Rechtbank Haarlem van 19 februari 2015 (zaaknr AWB 14/28639)
 
Lees ook: 
23-12-14  Nieuw ambtsbericht Somalië uitgebracht
23-01-15  Rechtbank Rotterdam: terugkerende Somaliër loopt gevaar
05-02-15  Raad van State: uitzetten naar Somalië weer mogelijk
 
Dit bericht maakt deel uit van Dossier Somalië