20 mei 2016

Taalanalyse als reden voor intrekking asielstatus na jarenlang verblijf

Taalanalyse als reden voor intrekking asielstatus na jarenlang verblijf
De IND mag van een Somalische asielzoeker, die al vijf jaar met een status in Nederland verblijft, alsnog een taalanalyse afnemen en de uitkomsten daarvan als afwijzingsgrond gebruiken voor de aanvraag van een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd. Dat blijkt uit een recente uitspraak van de Rechtbank Roermond.

De betreffende asielzoeker verbleef sinds 2008 in Nederland en had al vijf jaar lang een asielstatus. Zijn asielaanvraag was toegewezen op grond van het beleid dat destijds gold voor vreemdelingen afkomstig uit Zuid-Somalië. In 2008 werd de herkomst van betrokkene uit deze regio geloofwaardig bevonden, op grond waarvan hij dan ook een asielstatus had gekregen. 

Na vijf jaar in het bezit te zijn geweest van een asielvergunning voor bepaalde tijd, vroeg betrokkene een asielstatus voor onbepaalde tijd aan. Om onduidelijke redenen heeft de IND het moment van deze vervolgaanvraag, vijf jaar later, als aanleiding genomen voor een nieuw onderzoek naar de herkomst van deze vreemdeling. Hiertoe is het Bureau Land & Taal van de IND ingeschakeld om een taalanalyse uit te voeren. Uit deze analyse wordt geconcludeerd dat betrokkene “eenduidig niet behoort tot de spraak- en cultuurgemeenschap binnen Zuid-Somalië”, wat er niet alleen toe leidt dat zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd wordt afgewezen, maar ook dat zijn eerder toegewezen asielvergunning wordt ingetrokken.

 
De rechtbank Roermond oordeelt hierover nu als volgt:
“8. De rechtbank stelt vast dat met de aanvraag van eiser tot verlening van een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd er voor verweerder een nieuw toetsmoment is ontstaan om te onderzoeken of eiser aan de voorwaarden voor verlening voldeed. Voorts heeft verweerder niet in strijd gehandeld met het vertrouwens- en rechtszekerheidsbeginsel omdat eiser aan de eerdere verlening niet het gerechtvaardigde vertrouwen kon ontlenen dat een door hem onjuiste opgave hem niet meer kon worden tegengeworpen. (…)”
 
10. (…) Eiser heeft geen contra-expertise laten verrichten. Hij heeft slechts kritische kanttekeningen bij de uitgevoerde taalanalyse geplaatst. Eiser is er aldus niet in geslaagd het door verweerder geleverde bewijs te weerleggen. Dat eiser financieel gezien geen mogelijkheid heeft om een contra-expertise te laten uitvoeren dient voor rekening en risico van eiser te blijven. 
Het feit dat de taalanalyse meer dan 5 jaar na zijn vertrek uit Somalië is uitgevoerd, levert naar het oordeel van de rechtbank geen reden op om daaraan geen waarde te hechten.”
 
12. De door eiser overgelegde nationaliteitsverklaring leidt niet tot een ander oordeel. De rechtbank is met verweerder van oordeel dat -nog daargelaten dat het een kopie betreft- de verklaring van de Somalische Ambassade in Brussel enkel ziet op de nationaliteit en geboorteplaats van eiser. De afgegeven verklaring ziet niet op de herkomst, in die zin of eiser gedurende zijn verdere leven in zijn geboorteplaats heeft verbleven, of clanafkomst van eiser.
 

Opmerkelijk is dat de IND het in 2008 in eerste instantie niet nodig heeft gevonden om een taalanalyse uit te voeren, wat de vraag oproept wat de aanleiding is geweest om alsnog de identiteit en nationaliteit van betrokkene in twijfel te trekken. In deze zaak worden verder ‘eenduidige’ conclusies getrokken uit de resultaten van taalanalyse, wat op zich al bijzonder is want taalanalyse is géén exacte wetenschap is waaruit eenduidige, al te stellige conclusies m.b.t. de herkomst van een onderzochte spreker getrokken kunnen worden. Het feit dat de moeder van betrokkene uit Noord-Somalië afkomstig is en de omstandigheid dat hij op relatief jonge leeftijd uit Somalië is vertrokken, kunnen daarbij evengoed ook een verklaring vormen voor de mogelijke Noord-Somalische taalelementen die in zijn spraak geconstateerd zouden zijn. Deze taalanalyse werd afgenomen nadat betrokkene al jarenlang in Nederland heeft verbleven, in die periode deels is ingeburgerd in Nederland, de Nederlandse taal heeft geleerd en veelvuldig geconfronteerd is geweest met andere spraakinvloeden, wat invloed heeft gehad op zijn oorspronkelijke Somalische spraak, maar dit wordt door de IND en de rechtbank ten onrechte als irrelevant terzijde geschoven. 

 

Er wordt ook geen rekening gehouden met het feit dat een contra-taalanalyse vaak ruim duizend euro kost en dat dit voor iemand die moet rondkomen van een minimum inkomen niet te betalen is. Zelfs al had betrokkene een contra-taalanalyse laten verrichten, dan was de kans nog groot geweest dat de IND en de rechtbank meer waarde hadden toegekend aan de taalanalyse van de IND, want vreemd genoeg blijkt uit de jurisprudentie van de Raad van State dat zij meestal meer waarde toekennen aan de taalanalyses van de IND, aangezien deze stelliger zijn in hun conclusies. Dit is vanuit wetenschappelijk oogpunt bijzonder opmerkelijk te noemen, want al te stellige conclusies kunnen er uit taalanalyses niet getrokken worden.

 

Ook gaan de IND en de rechtbank ten onrechte voorbij aan de nationaliteitsverklaring van de Somalische ambassade waarin de geboorteplaats van betrokkene vermeld staat, wat een indicatie vormt voor het feit dat betrokkene inderdaad afkomstig is uit Zuid-Somalië. Hierbij zij opgemerkt dat er nog altijd geen functionerende bevolkingsadministratie is in Centraal– en Zuid-Somalië en het dus onmogelijk is om met documenten te bewijzen waar iemand tot aan zijn vertrek uit Somalië heeft verbleven. 

Meer informatie:
De uitspraak van de Rechtbank Roermond van 24 maart 2016 met zaaknr AWB 14/28779

 
Lees ook: 
28-10-13  Raad van State beschouwt taalanalyse als exacte wetenschap
14-06-11  Taalanalyse IND onbruikbaar
26-11-10  Asielaanvragen ten onrechte afgewezen door fouten in taalanalyse

Dit bericht maakt deel uit van het Dossier Somalië