24 november 2009

Drenkelingendrama

Onlangs verscheen er een drietal artikelen over het drama van de verdronken bootvluchtelingen. In die artikelen stond de vraag centraal of Nederland medeverantwoordelijk is voor wat er gebeurt aan de Europese buitengrenzen.

Het debat werd op 10/11/09 geopend in NRC Handelsblad door hoogleraar migratierecht Thomas Spijkerboer, die stelt dat sinds de afschaffing van de binnengrenzen in Europa de buitengrenzen worden bewaakt door de gezamenlijke Europese Staten; aan de Middellandse zee wordt ook de Nederlandse grens bewaakt, met behulp van Frontex dat mede door Nederland wordt gefinancierd. Hoe strenger deze bewaking wordt, des te meer dode vluchtelingen aan onze grenzen aanspoelen, m.a.w. de grensbewaking is geen onderdeel van de oplossing voor de grensdoden, maar onderdeel van het probleem. Als er elke dag doden vallen, en als dat mogelijk met het beleid te maken heeft, mag je niet wegkijken. Daarom moet er een aantal maatregelen genomen worden om te kijken of het beleid beter kan. Daarbij zouden de slachtoffers moeten worden ge-identificeerd, moeten er betrouwbare gegevens verzameld worden over het aantal lijken dat aanspoelt en moeten de Europese staten zich afvragen of er een verband is tussen hun beleid en het aantal doden.

Een week later, op 18/11/09 reageert tijdens een debat in Felix Meritis de Staatssecretaris van Justitie, Albayrak, verbaasd dat registratie nog niet plaatsvindt. Ze zegt dat ze het initiatief wil nemen om dit op Europees niveau te regelen. Ze vreest dat de schattingen van meer dan duizend drenkelingen per jaar wel eens het topje van de ijsberg zouden kunnen zijn.

In een artikel op de site van RNW (Radio Netherlands Worldwide) op 23/11/09 citeert Martijn van Tol de migratieonderzoeker Jeroen Doomernik, die in tegenstelling van SvJ Albayrak Nederland ook verantwoordelijk acht voor het drenkelingendrama. Hij zegt: je kunt wel zeggen: ze komen op eigen risico, maar zolang Nederland niet in staat is haar informele arbeidsmarkt zodanig af te schermen dat er voor die mensen geen vraag of geen plaats is, zullen zij op allerlei riskante manieren proberen deze kant op te komen.